Het bezit van het boekenweekgeschenk gaf vandaag recht op vrij reizen met de trein (2e klasse). Ik had voor deze gure voorjaarsdag geen echt reisdoel maar het zou toch zonde zijn om deze gratis buitenkans te laten lopen. Daarom vandaag naar Appingedam. Waarom? Gewoon, omdat het kan, en omdat het een leuke naam heeft. En daarnaast had ik de stellige overtuiging dat Appingedam vandaag geen horden reizigers zou trekken. Terechte veronderstelling, zo bleek.
Ik heb geen bijzondere band met Appingedam. Nou ja, ik heb op de lagere school geleerd dat het bestónd, en dat er een motorenfabriek was. Ik kwam vandaag daarnaast tot de geruststellende slotsom dat het ingestampte rijtje Bedum-Stedum-Loppersum zich daadwerkelijk aan die volgorde houdt, bij de treinreis richting Delfzijl. Het op twee na laatste station is Appingedam.
Ik stapte uit, tegelijk met een jong gezin dat, aan de kinderlijke conversatie te oordelen, op weg was naar opa en oma. Station Appingedam biedt aan de ene kant uitzicht op de onafzienbare Groningse klei, compleet met iets dat wel een strokartonfabriek kan zijn geweest. Het plaatsje ligt aan de andere kant van het spoor. Een vriendelijke laan brengt je naar het historische centrum.
Ik wist dat er in ieder geval een bezienswaardig grachtje moest zijn. De ‘hangende keukens’ blijken al oud. En werkelijk, ze worden als keuken gebruikt. Ik keek even stiekem naar binnen. Zo’n zespits RVS-gasfornuis met een wokbrander, dat soort werk, in het uitbouwtje boven de koude gracht, waar een kleumende meerkoet over het ijs glibberde.
Overigens was het centrum van Appingedam op deze zondag vooral stil en koud. Een overdaad aan winkeletalages waarbij je moeiteloos kunt vaststellen dat het de neringdoende niet voor de wind gaat. Net iets te veel tweedehandswinkels. Een paar werkelijk mooie oude huisjes, een monumentale kerk, een jachthaventje, een HEMA. Erg geschikt voor een zondagse wandeling.
Het fijne van de zo’n treinrit is trouwens dat je het boekenweekgeschenk onderweg helemaal kunt uitlezen. Een heerlijk verhaal, ‘De Verrekijker’ van Kees van Kooten. Al heeft geen enkele conducteur er onderweg naar gevraagd.