Auteursarchief: Frits Mostert

Poppenkast

Afgelopen weekeinde was het Fries Straatfestival in Leeuwarden. Niet te missen natuurlijk. Nog even een kleine impressie.

Natuurlijk: fantastische acts, mooie muziek, uitzinnige drakenvoertuigen, het grote werk, acrobatiek en spektakel  hoog boven het publiek. In overvloed. Ik was er vooral heen gegaan om Joop Visser en Jessica van Noord te horen. Prachtig. Snoeiharde liedteksten met een ijzeren grimlach: “Het systeem is goed, maar de mensen deugen niet.” Jammer dat ze er mee gaan stoppen, maar zo gaat zulks nu eenmaal.

Standwerker wordt theater, of theatermaker wordt standwerker. Zoek de verschillen.

Het mooiste van zo’n festival zit soms in kleine voorstellingen. Theatermaker Ruut van Hooft speelde “Juul de marktkoopman”. Van Hooft is professioneel theaterman. Hij speelde een marktkoopman, een one-man-show. Een koopman met een stofjas, een alpinopet en een sigaar. Eentje die groenten niet verkoopt maar weggeeft. Het blijft immers show. Met een warrige loterij (prijs een paprika) en vooral heel, heel veel praats – eigenlijk doodgewoon een standwerker zoals je die op de markt kunt tegenkomen. Ik moest onwillekeurig denken aan Jan de Bloemenman, die in de jaren ’60 en ’70 op de Haagse markt stond. Dat was een spektakel waar je naar ging kijken en luisteren. De Bloemenman verstond de kunst om de lachers op zijn hand te krijgen en zijn kopers het idee te geven dat ze ruimschoots waar voor hun geld kregen. “…en dan doen we er deze plant óók nog gratis bij…” Er stonden altijd drommen volk om zijn handel. Theaterkunst dus. Zowel van de échte standwerker, als van de acteur die hem vertolkt.

Nog één detail van het festival. Op de Brol stond een drukbezochte poppenkast. Ik was niet voorzien van kleinkind, dus ik liep er alleen maar langs. Ik ving een flard van de voorstelling op. De éne pop in de kast was toevallig vandaag jarig. De ándere had eigenlijk zijn hele leven al dirigent willen worden. Wat een samenloop van omstandigheden! En of de kinderen wel wilden meedoen. “Jaaaa!!!!” Terwijl ik over het Naauw verder liep zong het uiterst jeugdige publiek uit volle borst ‘lang zal-die leven’ voor de jarige handpop, onder muzikale leiding van de pop die graag dirigeerde. Echt feest. Daar kan voor kinderen, ouders en grootouders geen Eurodisney ooit tegenop.

Volgend jaar weer. Wie weet wel met kleinkinderen. In elk geval chapeau voor de organisatoren. En wat kan Leeuwarden trots zijn op zo’n festival!

Share

Ik schaam me diep

Gisteren ging het in mijn vrienden- en kennissenkring een tikkie viral: een actie van Amnesty International tegen de detentie van asielzoekers in ons land. Onder het motto “Ik schaam me diep”. Je kunt een petitie tekenen, en je mening kracht bijzetten door een digitale poster te maken en die poster op Facebook te plaatsen via de website ikschaammediep.nl .Amnesty poster
Maar vandaag blijken al deze ‘ ik schaam me diep’- berichten van het aangezicht van Facebook verdwenen. Het bericht dat ikzelf geplaatst heb en vergelijkbare berichten van vrienden en bekenden zijn weg.

Dat is raar. Wat is er aan de hand op Facebook?
Je mag toch niet hopen dat de firma achter Facebook een warm voorstander is van vreemdelingendetentie zoals in ons land wordt gepraktiseerd.

Maar we zijn niet voor één gat te vangen. De petitie en de mogelijkheid die te tekenen vind je hier: ikschaammediep.nl

En mijn poster staat nu fier op mijn eigen website. Zo.


Update 26 mei: de bewuste poster is, zonder enige verdere toelichting, weer op Facebook teruggeplaatst.

 

Share

´s Rijks Museum

Nog een paar nachtjes wachten, maar sommige gelukkigen mochten al even kijken.

Nog een paar nachtjes wachten, maar sommige gelukkigen mochten al even kijken.

Het Rijksmuseum gaat binnenkort weer open. Voor het geval u het gemist mocht hebben: op 13 april. De openingsceremonie door de majesteit is in de ochtend, en daarna mag het publiek, vanaf 12 uur ’s middags tot middernacht, gratis naar binnen.

Maar stiekem is het museum al geopend voor rondleidingen voor bijzondere groepen. Zoals de pers, ongetwijfeld de sponsoren, en een open huis voor familie van medewerkers op 7 april jl. Nu werkt zoonlief als (junior) conservator en educator in het Rijks, en dat leverde ons een voorsprong op. Wij mochten alvast kijken. En waren in hoge mate vereerd. Een mooie ontvangst met alle egards, catering en wat dies meer zij. We voelden ons ware Vips.

Ik ga niet schrijven wat anderen ook al hebben geschreven. De collectie is absoluut geweldig, en is in zijn geheel te zien op www.rijksmuseum.nl  Alle jubelzangen die al bij voorbaat over het publiek zijn uitgestort over hóe mooi het museum na de restauratie is geworden: de loftuitingen kloppen stuk voor stuk.

101_0428 copy_1600pxHet is een 19e-eeuws gebouw van bouwmeester Pierre Cuypers, die niet vies was van bombastisch effectbejag. Dat 19e-eeuwse, in de loop van de tijd liefdeloos onder witkalk bedekt, is nu weer teruggebracht. Gerestaureerde wandschilderingen (van de hand van George Sturm) met allerlei allegorieën, maar ook met belangrijk geachte passages uit onze Vaderlandsche Geschiedenis: ze maken het museum werkelijk compleet.

Willibrordus preekt...

Willibrordus preekt…

De schildering van de predikende Willebrord bijvoorbeeld, te zien in de voorhal. De missionaris wordt omringd door heidense Friezen die diep peinzen over hun religieuze dwalingen. Het soort Friezen dat in een Wagneropera niet zou misstaan. Op de achtergrond roepen Wodanpriesters tevergeefs een afgodje aan: een tafereel zoals dat vandaag de dag niet meer zo zou worden afgebeeld, vol valse sentimenten en historisch op z’n minst erg twijfelachtig – maar wat is het mooi.

 

Vestibule

Vestibule

vestibule_rechts_rijksmuseumkopieGrappig is om te vergelijken. De vestibule (oude hoofdingang) zag er in 1908 bijna precies zo uit als in 2013, qua wanddecoratie dan. Alleen hing men een eeuw geleden het trappenhuis ook nog vol schilderijen en werd, waar mogelijk, een beeld geplaatst.

 

101_0439 copy_1600pxschutterszaal_rijksmuseumkopieDe ereplaats van Rembrandt’s Nachtwacht is geheel in stijl gerestaureerd. Alleen hing er vroeger een ander werk op die plaats.

Het atrium is de nieuwe entree. Alom bejubeld. Enorme oppervlakte, licht en ruim, gladde vloer. 101_0418_1600pxDe architect heeft het vast niet ontworpen opdat kleine kinderen er lekker doorheen zouden kunnen hollen. Maar dat kan. Is er zelfs meer dan geschikt voor. Kleindochter en opa hebben dat persoonlijk uitgeprobeerd.

En verder? Ga vooral zelf kijken. Mij bekruipt het gevoel dat het 13 april wel eens aardig druk kan worden; maar er blijft natuurlijk nog genoeg gelegenheid over.

101_0432 copy_1600pxKijk in de Eregalerij niet alleen naar de Nachtwacht en al dat andere moois, maar kijk vooral ook omhoog naar de gewelven en naar het gebouw zelf.

Overigens kan ik een bezoekje aan twee van de speciale collecties in het souterrain van harte aanbevelen. De collectie toverlantaarnplaatjes  en uiteraard de relieken uit de vaderlandse geschiedenis.

En dat logo dan, met die stomme spatie? Ik heb de oplossing. Voeg er zelf maar stilzwijgend apostrof-s aan toe. ´s Rijks Museum. Een beetje gedragen, een beetje ouderwetse naam. Past er wel  mooi bij.


EDIT, 9 april: Neerlandicus Jan Stroop voelt ook wel wat voor de toevoeging van apostrof-s, staat in zijn blog.

 

Share

Appingedam

Het bezit van het boekenweekgeschenk gaf vandaag recht op vrij reizen met de trein (2e klasse). Ik had voor deze gure voorjaarsdag geen echt reisdoel maar het zou toch zonde zijn om deze gratis buitenkans te laten lopen. Daarom vandaag naar Appingedam. Waarom? Gewoon, omdat het kan, en omdat het een leuke naam heeft. En daarnaast had ik de stellige overtuiging dat Appingedam vandaag geen horden reizigers zou trekken. Terechte veronderstelling, zo bleek.

Ik heb geen bijzondere band met Appingedam. Nou ja, ik heb op de lagere school geleerd dat het bestónd, en dat er een motorenfabriek was. Ik kwam vandaag daarnaast tot de geruststellende slotsom dat het ingestampte rijtje Bedum-Stedum-Loppersum zich daadwerkelijk aan die volgorde houdt, bij de treinreis richting Delfzijl. Het op twee na laatste station is Appingedam.

Ik stapte uit, tegelijk met een jong gezin dat, aan de kinderlijke conversatie te oordelen, op weg was naar opa en oma. Station Appingedam biedt aan de ene kant uitzicht op de onafzienbare Groningse klei, compleet met iets dat wel een strokartonfabriek kan zijn geweest. Het plaatsje ligt aan de andere kant van het spoor. Een vriendelijke laan brengt je naar het historische centrum.

101_0360_1600pxIk wist dat er in ieder geval een bezienswaardig grachtje moest zijn. De ‘hangende keukens’ blijken al oud. En werkelijk, ze worden als keuken gebruikt. Ik keek even stiekem naar binnen. Zo’n zespits RVS-gasfornuis met een wokbrander, dat soort werk, in het uitbouwtje boven de koude gracht, waar een kleumende meerkoet over het ijs glibberde.

Overigens was het centrum van Appingedam op deze zondag vooral stil en koud. Een overdaad aan winkeletalages waarbij je moeiteloos kunt vaststellen dat het de neringdoende niet voor de wind gaat. Net iets te veel  tweedehandswinkels. Een paar werkelijk mooie oude huisjes, een monumentale kerk, een jachthaventje, een HEMA. Erg geschikt voor een zondagse wandeling.

Het fijne van de zo’n treinrit is trouwens dat je het  boekenweekgeschenk onderweg helemaal kunt uitlezen. Een heerlijk verhaal, ‘De Verrekijker’ van Kees van Kooten. Al heeft geen enkele conducteur er onderweg naar gevraagd.

Foto’s: hier!

Share

Straatlantaarn

Soms kun je van kleinigheden best blij worden. Maar wie wordt er nou blij van zoiets banaals als een nieuwe lamp in de lantaarnpaal voor zijn huis? Nou, ik dus.

Sinds gisteren is het bestaande TL-armatuur in de lantaarnpaal voor onze deur vervangen door een led-armatuur. 24 ledlampjes in een keurige rechthoek. En een lícht dat het geeft zeg!

101_0283

Het waarom van deze verandering had ik niet direct scherp op het netvlies. Even zoeken op de gemeentelijke website bracht gelukkig licht in de duisternis. Blijkt trouwens dat er niet zómaar een led-straatlantaarn staat, maar één met een dimmer. Het effect daarvan moet ik eerlijk gezegd nog zien.

Het gemeentelijk rapport ‘Het Donker Belicht’ van 33 pagina’s meldt enthousiast dat openbare verlichting duurzaam, milieuvriendelijk, veilig, sfeervol, betaalbaar moet zijn en dient aan te sluiten bij de wensen van de bewoners. Nou, bij deze bewoner sluit het goed aan. En onze hele wijk krijgt openbare ledverlichting!

Eh, ja, nou, leuk, nieuwe straatlantaarn met ledlampjes, zult u zeggen. En wat dan nog.

Nog maar een paar jaar terug terug kochten we de eerste ledlampjes voor gebruik in huis. Een dure miskoop met foeilelijk, flets blauwig licht. En nu blijkt pal voor onze deur ledverlichting opeens volwassen te zijn geworden. Dat ervaar ik als een kleine maar betekenisvolle stap in een goede, duurzame richting. Chapeau voor de gemeente Leeuwarden!

 101_0288 copy

Share

Kabelbaan

Het principe achter de meeste kabelbanen is simpel. Er is een grondstation en van daaraf brengt een gondel je een heel stuk omhoog in een bergachtig landschap. Boven aangekomen geniet je van een fraai uitzicht, er is vaak iets van horeca en op veel plaatsen kun je vervolgens fijn naar beneden skiën, in het juiste seizoen natuurlijk.

Wij waren onlangs een weekje op Madeira en daar denkt men buiten de kaders. We troffen een kabelbaan die zich van dat soort conventies niets maar dan ook niets aantrekt. Dat maakt het een interessante ervaring.

Bij het dorpje Achadas Da Cruz gaat de kabelbaan niet bergopwaarts, maar juist naar beneden. Met een helling van meer dan 90 procent, over een diepte van zo’n 450 meter.

Direct na vertrek kijk je de afgrond in. Het is maar goed dat we niet echt geneigd zijn tot hoogtevrees. Beneden aan de kabelbaan zijn de akkertjes van de plaatselijke bevolking – meer een soort volkstuintjes. Dat blijkt ook de reden te zijn geweest voor de aanleg: via een rotspad doe je er twee uur over, de kabelbaan brengt dat terug tot vijf minuten. Beneden wacht je geen weids uitzicht, wel een prachtig gezicht op imposante rotswanden en de brandingkoppen van de Atlantische oceaan.

Dat is echt buiten je hokjes denken: met een kabelbaan naar je volkstuintje aan zee.

Ik zal verder niet al te veel uitweiden over Madeira. We hebben het erg naar ons zin gehad. Het is er mooi, je hebt veel mooie wandelpaden langs irrigatiekanaaltjes (zg. levadas) en ze maken er een gelijknamige versterkte wijn. Vóór de lezer begint over het bekende nummer van Ted de Braak: nee, wij vonden het drankje niet lekker.

Voor de foto’s: klik hier!

Share

Ruimtekei

Spannende beelden hoor!
Tsjeljabinsk (Rusland dus)
Vuur aan de hemelboog!
Knal, schokgolf, zeg!

Wat viel nog op bij die
Meteorietinslag?
Hij was (voor ons dan)
Net ver genoeg weg.

(Het was weer eens hoog tijd voor een ollekebolleke. De actualiteit van vandaag leverde een perfecte dubbele dactylus op. Dus….)

Share

Rare stoomboot

Mijn vader placht, jaren geleden, breed grijnzend ‘Zie Ginds Komt De Stoomboot’ op een wel heel aparte melodie te zingen. Zo leerden we het in elk geval niet op school…

Het heeft jaren geduurd voor ik er achter was wélke melodie: de melodie van het Panzerlied, sinds 1933 het wandelliedje van de Duitse tankdivisies.

 

Het Duitse leger gebruikt het nummer nog steeds, begrijp ik. Het Franse Vreemdelingenlegioen kent het nummer als “Képi Blanc”.

Misschien dat iemand in de bezettingsjaren erachter kwam dat de militaire grandeur van deze mars effectief teniet werd gedaan door er een  héél andere tekst op te zetten. Als je de connotatie van de Wehrmacht-tanks wegdenkt is het natuurlijk wel een lekker melodietje om De Stoomboot op te zingen.

Zou de oorspronkelijk tekst van het Panzerlied passen op de meer gebruikelijke tonen van De Stoomboot? Ik heb het binnensmond geneuried en jawel: het paste eveneens.

Share

Sinterklaas en Zwarte Piet

Wie mij kent weet dat ik een bijzondere band heb met Sinterklaas. Ik ken de goedheiligman persoonlijk en uiteraard ken ik ook zijn trouwe Pieten. Als je in zo’n feest de glansrol mag vervullen dan weet je waar het om gaat: feest, gewoon feest, waarin groot en klein meedoen. De kleintjes in overtuiging dat de mythische figuren echt zijn, de groten spelen het spel met overtuiging mee. En na afloop is iedereen blij met pepernoten, cadeaus, gedichten en surprises. Het is een echt gezinsfeest. Heerlijk.

Elk jaar gaan er ook wel weer stemmen op tégen de figuur van Zwarte Piet. In de argumenten komen geregeld woorden voor zoals racisme en discriminatie, soms zelfs het slavernijverleden. Ik wil die gevoelens overigens geenszins bagatelliseren. Natuurlijk hóef je Sint en Pieten niet leuk te vinden. Je hebt dan wel een minderheidsstandpunt. Overigens: het moge duidelijk zijn dat Nederland niet trots hoeft te zijn op zijn slavernijverleden.  Je kunt niet genoeg benadrukken dat racisme en discriminatie in onze samenleving geen enkele plaats horen te hebben, en om dat te vinden hoeven je voorouders écht geen plantageslaaf te zijn geweest.

Sint en Pieten hebben alles te maken met oeroude mythen en legenden.

Terug naar Sinterklaas en zijn Pieten. De rol van Piet is de laatste jaren al flink veranderd. van dom hulpje met vreselijk accent naar de rechterhand van de Sint. Ook dan gaat niet altijd alles goed. In het Sinterklaasjournaal is het altijd weer afwachten wat er nú weer weg is door toedoen van onoplettende Pieten – tot complete stoomboten aan toe.

De huidige figuren van Sinterklaas en Zwarte Piet zijn goeddeels gebaseerd op het werk van Jan Schenkman, van wiens hand in 1850 het boek St. Nikolaas en zijn knecht verscheen. Uiteraard was voor die tijd Sinterklaas ook al bekend in de lage landen.  Het schilderij van Jan Steen uit 1665 toont een aantal bekende elementen: de schoen, de schoorsteen waardoor de cadeaus werden geworpen.
Zelfs al in de middeleeuwen was de Sint bekend. Kennelijk nog zonder Piet, beweren internetbronnen

Ga je nog verder terug in de tijd, dan is de overeenkomst van de Sint met de Teutoonse god Wodan meer dan oppervlakkig. Wodan reed in stormachtige nachten door de hemelen op zijn achtvoetig paard Sleipnir, gekleed in een wijde mantel, met een breedgerande hoed en met een magische speer. Zijn kraaien Hugin en Munin (gedachten en geheugen) zwierven over de wereld, luisterden wat de mensen aan het doen waren en rapporteerden dat weer aan Wodan. Zwarte Piet luistert nog altijd aan de schoorsteen. Wodan was ook de god van de dichtkunst. Hebben we ons Sinterklaasrijm aan hem te danken? Dat de katholieke kerk de Christelijke feesten heeft gekoppeld aan al eerder bestaande ‘heidense’ feestdagen is natuurlijk bekend. Sint Nicolaas lijkt naar mijn idee niet voor niets op Wodan, kerst valt niet voor niets in de midwinterperiode, op dezelfde dag als het Romeinse Mithrasfeest van de Sol Invictus, het paasfeest wordt nog altijd omgeven met pre-christelijke vruchtbaarheidssymbolen zoals eieren en hazen.

In tegenstelling tot wat menigeen denkt is Sinterklaas geen puur Nederlands en Vlaams feest. Vergelijkbare mythische figuren vind je door heel West-en Midden-Europa. Ik zou bijna zeggen: in het hele gebied waar ooit Teutoonse goden werden vereerd (Wodan, Donar, Thor, etc.) Ze worden vaak zelfs Sint-Nicolaas genaamd, of een variant daarop. Die Sinten lijken verbazend veel op elkaar: witte baard, wijde mantel, vaak een bisschop-achtig kostuum. Ze zijn actief in de hele midwinter. In de Alpenlanden wordt de Sint vergezeld door een wel heel vreemde Zwarte Piet: Krampus.  Een soort duivelsfiguur met hoorns en een masker. Een probaat recept om stoute kinderen tot de orde te roepen, en vergelijkenderwijs is onze Zwarte Piet een zeer goedaardig figuur. Eigenlijk wordt de Sint overal wel begeleid door een wat duistere figuur, in Duitsland bijvoorbeeld Knecht Ruprecht.

Krampus, Knecht Ruprecht en Zwarte Piet komen niet uit de lucht vallen. Misschien moet een historicus zich er eens over buigen: wat is de overeenkomst tussen deze figuren? Hoe hangen al deze mythen en legenden aan elkaar? Kan het zo zijn dat vóór 1850 de Nederlandse Sint werd begeleid door een heel andere knecht: een voorloper die leek op de angstaanjagende Krampus of een duistere Ruprecht? Een soort figuur zoals nu nog rondwandelt bij het Terschellingse Sunderum? En dat onderwijzer Jan Schenkman in 1850 deze duivelsfiguren heeft vervangen door de veel goedmoediger Zwarte Piet die we nu kennen? Dat is speculatie, maar het zou best kunnen.

Ik durf de stelling wel aan dat het feest van Sinterklaas en zijn Zwarte Piet de echo is van een wel heel verre historie, van een eeuwenlange overlevering van mythen en legenden. Alleen de echo: de echte klank is al lang weggestorven. Wie Zwarte Piet over de rand van de stoomboot wegwerkt, gooit een heel lange traditie overboord. Maar dat Zwarte Piet een bewuste poging zou zijn om ons slavernijverleden nog eens op te hemelen: nou, nee.

*****

UPDATE 24 juli 2020. Tijden en inzichten veranderen. De Sint zal in het MCL met ingang van 2020 niet meer vergezeld worden door zwarte Pieten, maar door roetveegpieten. Of Pieten met een ander kleurtje. Feest voor iedereen!

Share

Voor de rechter

Het Paleis van Justitie in ’s Hertogenbosch is een gebouw dat enig ontzag inboezemt. Stoere zuilen bij de ingang, een binnenplaats die enorm lijkt. Hier wordt recht gesproken, dat is duidelijk. Binnen is het soberheid en degelijkheid troef. Zoals het hoort in een overheidsgebouw. Zeker het kamertje waar ik vandaag voor de rechter moest verschijnen had weinig frivools.

Maar frivoliteit hoort natuurlijk ook niet bij rechters. Rechtspraak is een serieuze zaak. Voordat de lezer zich zorgen gaat maken over mijn levenswandel – ik verscheen er als getuige. Dan nog staat het zweet je min of meer in de schoenen. Een beetje het idee van het mondeling examen Duits op de middelbare school, ook geen pretje. Maar de rechter en de advocaten maakten er gelukkig een rustige en ontspannen bijeenkomst van.

Waarom voor de rechter? Ik heb het namens mijn werkgever in het verleden meermalen aan de stok gehad met een bedrijfje uit Winschoten *), dat onze organisatie vermeldingen op zijn internetgids aanbood. Nou ja, aanbood… het soort acquisitiegesprekken waarbij uitgebreid de bedrijfsgegevens worden doorgenomen, waarbij wordt benadrukt dat je in het verleden niet wilde adverteren en dat daarom  de gewone vermelding (die je überhaupt niet had) wordt voortgezet, waarin niets wordt gezegd over kosten. En of je de gegevens maar snel via de fax wilt bevestigen. En in die fax staat dan, in dit geval voluit in heel kleine letters, honderd euro per maand, looptijd zesendertig maanden. Er staat geen totaalbedrag op. Maar dat is dus € 3.600, ex BTW, alstublieft, bij elkaar geharkt in een telefoongesprek van nog geen twee minuten, en geen tegenprestatie van enige betekenis. Acquisitiefraude.

Dat wil zeggen, als je er in trapt en je handtekening zet. Dat op de fax iets heel anders staat dan in het telefoongesprek is gezegd, is lastig aan te tonen. Tenzij je, zoals ik, die telefoongesprekken opneemt. Als je het gesprek uitschrijft en de transcriptie van het gesprek naast de ‘faxofferte’ legt, zie je dat er nogal wat verschil tussen zit. Ik mocht bij de rechter, onder ede en met een nuchter plastic bekertje water voor me, in hoofdzaak verklaren dat wat in die telefoontranscipties stond, dat dat écht klopte en echt zo was gezegd. En dus wat heel anders was dan de faxaanbiedingen met veel kleine lettertjes.

Er was één maar. Het was geen strafzaak. Het was een civiele hogerberoepszaak. Een mevrouw van een firma in duurzaam hout in het Brabantse is er jaren geleden, in 2004, met boter en suiker ingestonken. Aan de telefoon zei de internetgids dat het om een kosteloze vermelding zou gaan, zo beweerde de mevrouw van het duurzaam hout, maar op het formulier tekende ze voor een vermelding van vele duizenden euro’s – al stond dat er in heel kleine lettertjes. Maar bewijs de inhoud van dat misleidende telefoongesprek maar eens, als je je handtekening hebt gezet. Toen de eerste rekening bij de firma binnenkwam bleek het bedrog pas. En de houtfirma besloot uit principe niet te betalen, ondanks aanmaningen en dreigementen van de internetgids.

De internetgids dreigde met de rechter. Dagvaardde de houtfirma. De internetgids ging bij de kantonrechter faliekant op z’n plaat. De internetgids zocht het hogerop en ging in beroep. Dat mag uiteraard. De houtfirma kreeg van de rechter gelegenheid te bewijzen dat de internetgids de zaak had belazerd. En zo gebeurde het dat op een donderdagochtend in 2012 een rechter, een griffier, twee advocaten, de mevrouw en de meneer van de houtfirma, de directeur van een stichting tegen acquisitiefraude en ondergetekende bezig waren met de nasleep van een ‘acquisitiegesprek’ van twee minuten uit 2004. Dat kost zeeën van tijd van mensen die hun tijd wel anders kunnen besteden. Veel cliënten van dit soort bedrijven betalen maar in arren moede – om maar van het gelazer af te zijn. Want de houtfirma en mijn werkgever zijn niet de enigen met aanvaringen met deze internetgids Je hoeft de naam van internetgids maar in een zoekmachine in te kloppen of je krijgt een machtige lading klachten over bedrog en intimidatie op je scherm.

Je mag hopen dat de rechter in wijsheid beslist – en als het aan mij ligt zegt de rechter dan dat het contract niet op een goede manier tot stand is gekomen en ontbindt de overeenkomst. Misschien zal de rechter nog iets van ‘dwaling’ zeggen, of misschien zelfs ‘misleiding’ of ‘bedrog’. Maar meer niet. De internetgids kan dan naar het geld van de houtfirma fluiten en is een boel geld aan gerechtelijke kosten kwijt. In het gunstigste geval dan. Hoop je.

Want stelselmatig, jarenlang, bedrijven door de telefoon voorliegen, ze  in staat van misleiding een handtekening ontfutselen en ze vervolgens een stevige poot uitdraaien – daar bestaat in Nederland wel een wet tegen, maar de strafrechtelijke bewijslast is juridisch bijna niet rond te krijgen. De regering vindt preventie van acquisitiefraude belangrijk, maar laat het daar bij.

De eigenaar van de internetgids zal waarschijnlijk de schouders ophalen en nog eens een paar extra telefoontjes laten plegen om het verlies te compenseren. Het zal hem misschien twee minuten per gesprek kosten. Als-ie geluk heeft is het geldelijk verlies van deze zaak binnen een uur weer gecompenseerd. Ten koste van weer andere bedrijven, dat dan wel. Maar wie doet hem wat.

*) Nee, ik noem de naam van de betrokkenen maar niet voluit. Als ik hier uit overtuiging zou zeggen dat de internetgids (met naam en rugnummer) een boef en een oplichter is, dan loop ik dikke kans op een proces wegens smaad. Dura lex, sed lex. 

Share